Sofie staarde naar boven. Door de mist heen zag ze hoe zijn kolossale oren zich uitrolden. Ze begonnen zachtjes heen en weer te wuiven. Plotseling sloeg de GVR toe. Hij sprong hoog de lucht in en zwaaide het vangnet door de mist met een geweldige suizende zwaai van zijn arm. ‘Hebbes!’
uit: De GVR – Roald Dahl
Mijn zoon pent schriften vol met verhalen. Weerwolven, toverspreuken, draken; leven, dood en terugkeer uit de hemel, saai zijn de verhalen nooit. Als schrijver is hij zich welbewust van het belang van mijmeren. Elke ochtend gaat hij een half uur voor tijd naar school, zodat hij op het lege schoolplein zijn gedachten kan laten uitwaaieren. Verhalen komen naar je toe, als je ze maar de kans geeft.
Dit artikel verscheen eerder op Blikopborstvoeding.
Mijmeren is een ondergewaardeerde bezigheid in onze drukke maatschappij. Ik zie niet vaak mensen niets doen, gewoon even in de verte staren. Zelfs aan de rand van het zwembad wordt er geswipet over beeldschermen of in de lucht (oh nee koptelefoon) gepraat. Tijd moet gevuld, zo lijkt het. Druk zijn is waardevol, en dan het liefst doelgericht. Stilte, nietsdoen, is tijdverspilling. Maar klopt dat idee wel? Nietzsche, de filosoof, noemde verveling een voorwaarde voor creativiteit, de ‘windstilte van de ziel’ die vooraf gaat aan het scheppingsproces*.
Tijd is een wonderlijk iets. Joke Hermsen beschrijft in haar boek ‘Stil de tijd’ hoe er enerzijds een meetbare, controleerbare tijd bestaat, zeg maar de ‘kloktijd’. Aan de andere kant is er de eigen, innerlijke tijd; je zou die de ‘duur’ kunnen noemen. Op de trein wachtend lijkt er meer tijd in de minuten te zitten dan wanneer je druk in gesprek bent. Een vakantie lijkt tegelijkertijd heel lang te duren, en zo voorbij te zijn. Die innerlijke tijd, de ‘duur’, is niet meetbaar. Hoe meer we ons losmaken van de kloktijd, hoe meer we letterlijk tot onszelf kunnen komen. Om te ‘zijn’, en niet alleen te ‘doen’, de wereld en je planning te laten voor wat het is. ‘Flow’, zoals het wel genoemd wordt als je helemaal opgaat in je bezigheid, betekent dat je de tijd (kloktijd dus) vergeet.
In onze duinen en bossen word je de weg gewezen door alom aanwezige paddenstoelen en uitgezette wandelpaden. Je weet waar je bent, waar je naartoe gaat en je komt niet voor verrassingen te staan. Het is als het volgen van een planning, terwijl dwalen meer wegheeft van mijmeren. Je wílt je juist laten verrassen, rondlopend in een bos of door een duingebied sta je opeens voor een meertje. Niet bezig met wegwijzers volgen ga je op in de indrukken, de aardse boslucht of zilte zee, je hoort de wind door de bomen en ziet kevers op het pad en buizerds in de lucht. Of een vliegtuig, natuurlijk. Al dwalend ben je niet bezig met waar je naartoe wil, maar met waar je bent. Op het moment zelf. Ook door je gedachten kan je dwalen. Word je ook wel eens wakker met de naam in je hoofd, waar je eerder die dag met geen mogelijkheid op kon komen? We zijn geneigd om ons bewuste een grote rol toe te kennen. Maar onze hersenen zijn meer dan alleen een prefrontale cortex, meer dan planning en bewuste stappen. Soms zit informatie er wel, maar kom je er niet bij. Het bewust zoeken naar die naam werkt dan als het volgen van een voetpad waar een stapel rotsblokken overheen is gevallen. Je kunt er niet door, met geen mogelijkheid. De enige manier om er toch te komen is dan ronddwalen, tot je via een andere route toch komt waar je wezen wilde. Of misschien brengen je gedachten je heel ergens anders, op plekken die je niet van te voren had kunnen bedenken.
Kinderen hebben van nature de gave om te dwalen. In hun gedachten, in hun spel, in de tuin of erbuiten. Zij gaan op in hun spel, beleven de tijd als ‘duur’. Kinderen verzetten zich vaak een periode hevig tegen het tikken van de klok, de eisen van schooltijden en vaste afspraken.
Lastig als je hen op tijd op school wil brengen, maar kinderen zijn terecht onwillig om hun gevoel van ‘flow’ op te geven. Dromen worden overstemd door het tikken van de klok, door het lawaai van SMART-doelen en iPhone-prikkels.
Ik verroerde geen vin! zei Sofie. Houd daar dan mee op! antwoordde de GVR bits.
Mijn zoon heeft het goed bekeken: in de stilte van het lege schoolplein rolt hij zijn figuurlijke oren uit en luistert naar de verhalen in zijn hoofd. Even maakt hij zich los van de tijd. Tot de bel gaat. Dan neemt hij zijn verhalen mee de school in.
Zo waar dit alles….wanneer we ons meer open zouden stellen voor deze verschillen tussen mensen zou er meteen meer empathie geduld respekt ontstaan waardoor ieder gesprek meer kwaliteit krijgt , ieder zich beter gehoord voelt en….. samenwerking vanzelf ontstaat en beter verloopt!