‘Ik ben de baas van het ruimtestation,’ zegt ze stellig. Met opgeheven hoofd loopt ze door de replica van het ruimtestation ISS, ze drukt op knoppen, ze trekt aan hendels. En bij iedere stap knipperen de lampjes in haar schoenen. Haar grote broer speelt het spel mee. ‘We moeten een experiment doen,’ besluit hij. Hij is net lang genoeg om zijn handen in de werkopeningen van het ruimtelaboratorium te schuiven. ‘Mama, help me,’ roept de baas van het ruimtestation, ‘Ik kan niet door het raampje kijken.’ Ik til haar op zodat ze kan zien waar haar broer mee bezig is. ‘Ik wil óók groot zijn,’ verzucht ze. ‘En word je dan astronaut?’ ‘Ja. En autotiller.’
Ze is vier nu. Een vrolijk, open kind met een stralende glimlach, een eigenwijs bol buikje en meer kracht in haar benen dan menig zevenjarige. Ik geloof onmiddellijk dat ze autotiller kan worden als ze later groot is. Of astronaut. Of dokter. Of topsporter. Of vorkheftruckchauffeur. En het mooie is dat ze dat zelf ook gelooft. Van ons, haar ouders, zal ze niet horen dat er grenzen zijn aan wat ze mag ambiëren. Laat haar maar naar de sterren reiken, dan zien we vanzelf wel hoe hoog ze kan springen.
En ze kán alles worden wat ze maar zou willen. In Nederland bestaat gelukkig geen enkele wet die het meisjes verbiedt ruimtevaarttechnologie te studeren, of medicijnen, rechten, wiskunde, filosofie. Ze mag al honderd jaar stemmen, ze kan verliefd worden op en trouwen met wie ze maar wil, ze mag fulltime werken, parttime werken, fulltime voor haar kinderen zorgen of ervoor kiezen juist géén moeder te worden. De wereld ligt aan haar gympen-met-lampjes.
Als alles mag, als alles kan, waarom is de gezagvoerder van het vliegtuig dan nog 97 van de 100 keer een man, en de verpleegkundige in het ziekenhuis nog 9 van de 10 keer een vrouw?
Maar toch… Als alles mag, als alles kan, waarom is de gezagvoerder van het vliegtuig dan nog 97 van de 100 keer een man, en de verpleegkundige in het ziekenhuis nog 9 van de 10 keer een vrouw? Als vrouwen volgens de wet net zo bekwaam geacht worden als mannen, waarom zijn meisjes van zes dan al geneigd hun eigen intelligentie lager in te schatten dan jongens van die leeftijd? Waarom moeten meisjes die graag astronautje spelen hun speelgoed uit de jongenshoek halen?
Ja, mijn dochter kan astronaut worden. Maar daarvoor zal ze een hoop moeten overwinnen. In de eerste plaats al de overtuiging dat ze zoiets nooit zou kunnen. Zoals gezegd, van ons zal ze niet horen dat er ambities zijn die buiten haar bereik liggen. Maar ze groeit op in een maatschappij die haar en haar broer nog altijd tegen zeer stereotype verwachtingspatronen zal afmeten: Zij moet vooral mooi zijn, hij vooral stoer. In een maatschappij waarin alles kán, maar waarin kinderen desondanks van jongs af in het ene óf in het andere hokje ondergebracht worden, vergt het meer dan intelligentie en doorzettingsvermogen om te worden wat je maar wilt. Het vergt ouders die hun kinderen helpen verder te kijken dan roze en blauw, het vergt het continu bevragen van de status quo, het vergt een dagelijks gevecht tegen seksisme. In het groot, door zichtbaar te protesteren op Internationale Vrouwendag of door expliciet op een vrouw te stemmen, of in het klein, door je dochter ongegeneerd de baas van het ruimtestation te laten spelen.
‘Ik vind het gek,’ zei mijn zoon laatst, ‘dat er nog steeds mensen zijn die geloven in jongensdingen en meisjesdingen. Alles is toch van iedereen?’ Hij heeft gelijk. Net zo goed als zijn zusje zich de gezagvoerder van de ISS mag wanen, mag hij meezingen met Elsa en Anna. Vaak doen ze het samen, net zo gezellig. Maar op school vertelt hij liever niet dat hij ook graag naar Disneyfilms kijkt. ‘Dan gaan sommige kinderen lachen, omdat ze nog geloven in meisjesdingen.’
Voor de wet is het allemaal prima geregeld in Nederland. Discriminatie op basis van geslacht, afkomst of geloof is verboden, dus in theorie heeft iedereen dezelfde rechten. Maar de praktijk is weerbarstig. Ik gun het mijn dochter de baas van het ruimtestation te worden, en ik gun het mijn zoon dat hij hardop kan zingen wat hij maar wil, zonder dat hij bang hoeft te zijn dat hij uitgelachen wordt. Is er nog iemand die zich afvraagt waarom we feminisme nodig hebben? Nou, daarom dus.
Raak! Uiteindelijk denken we allemaal na ons 5e levensjaar verschillend over jongens en meisjes. Over de kansen van jongens en meisjes, dat is erger. Het mooie is, dat als je je dit realiseert, je er pas iets aan kunt doen. De onbewuste gedachte bewust tegenspreken. Hardop, zodat je kinderen het horen. En zij dus andere informatie in hun onbewuste opslaan. De maatschappij veranderen begint bij jou en je kinderen ?