Opvoedmythes: strenge opvoeding of te vrij?

Vorige week werd op Nederland 2 een discussie uitgezonden over opvoeding. De Arena plaatste ouders en deskundigen tegenover elkaar met de stelling: Nederlandse kinderen worden te vrij opgevoed. Het merendeel van de kijkers was het eens met de stelling: ouders zouden strenger moeten zijn. De discussie gaf blijk van een aantal hardnekkige misvattingen rondom opvoeding. We behandelen er een paar.

Straffen helpt, streng opvoeden is beter, laat als ouder niet over je heenlopen en kinderen zijn van nature monsters: er bestaan nogal wat hardnekkige misvattingen rondom opvoeding. We fileren ze stuk voor stuk.

Kinderen gedragen zich beter bij een strenge opvoeding

‘Goh, zijn ouders zijn toch best streng’, zei een kennis verbaasd over een jongetje dat nogal moeite had een beetje vriendelijk met zijn speelkameraadjes om te gaan. De aanname is blijkbaar dat een kind dat streng opgevoed wordt zich automatisch ‘goed’ zal gedragen. Natuurlijk maakt het hier uit welke definitie van ‘goed gedrag’ je hanteert, maar laten we voor het gemak ‘sociaal gedrag’ als uitgangspunt nemen. En wat blijkt? Niet strengheid, maar investeren in de relatie helpt kinderen zich sociaal gedragen. En dat begint al als baby: Darcia Narvaez doet onderzoek naar de link tussen liefdevolle, responsieve zorg voor baby’s en hoe sociaal deze kinderen zijn als zij opgroeien. Zij concludeert: lief zijn voor een baby komt zijn gedrag later ten goede.

Een andere goede voorspeller van sociaal gedrag is een groter netwerk van betrokken mensen waartussen het kind opgroeit: ‘it takes a village to raise a child’. En dat is eigenlijk logisch: sociaal gedrag vraagt oefening en goede voorbeelden. Volgens socioloog Henk de Vos missen kinderen in onze maatschappij van kerngezinnen een bredere sociale omgeving. Daardoor is de relatie die ouders met hun kinderen hebben nog belangrijker geworden. Is er in die relatie plek voor wat ieder binnen het gezin nodig heeft? Welk voorbeeld geven ouders als het gaat om rekening houden met elkaar, en wederzijds respect?

Straf helpt

Met een strenge opvoeding bedoelt men meestal dat ongewenst gedrag van een kind afgestraft wordt en de ouder ‘de baas’ is in huis. Straf helpt echter maar kort, en vaak dat niet eens. Hoe dat komt? Ten eerste leert een kind door straf dat ‘slecht gedrag’ negatieve gevolgen heeft voor zichzelf. Het richt de aandacht dus niet op de gevolgen die gedrag heeft voor de ander of de omgeving, en stimuleert daarmee niet de empathische kant van het kind. En wil je niet juist dat je kind opgroeit tot een mens die het juiste doet omdat hij dat graag wil, in plaats van uit egoïstische motieven? Daarnaast leert straf een kind niet hoe je iets anders en beter kunt doen. Kortom: een kind dat op het hoofd van haar zusje timmert omdat ze haar ketting terug wil, leert weinig van straf. Wat wel helpt: je kind wijzen op het verdriet van haar zusje, en samen bedenken hoe ze dit de volgende keer anders kan aanpakken.

Kinderen zijn geneigd tot het slechte

‘Ja maar, als ze zelf geen gevolgen ondervinden van hun gedrag, dan zullen kinderen toch lekker hun eigen zin blijven doen?’ Diep in ons onderbewuste ligt de overtuiging dat kinderen egoïstische wezens zijn, die vooral rekening houden met zichzelf. En natuurlijk zijn kinderen óók mensen die hun eigenbelang zullen beschermen. Dit is echter slechts het halve verhaal. Bioloog Frans de Waal schrijft in zijn boek ‘Een Tijd voor Empathie’ hoe het empathisch vermogen diep verankerd zit in ons systeem. De zorg voor elkaar is een overlevingsstrategie die hoort bij de mens, we vormen groepen, dorpen, stammen die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor elkaar. Er zijn wel omstandigheden die de balans doen verschuiven van empathie naar egoïsme, en dat gebeurt juist als een individu het gevoel krijgt dat de groep zijn belangen niet in het oog houdt. Als een ander niet voor je zorgt, moet je het immers maar zelf doen! Een warm gezin stimuleert empathische vermogens bij een kind en een al te strenge of onverschillige omgeving stimuleert juist de egoïstische kant.

De ouder hoort controle te hebben over het kind

‘Als ouder ben je de baas, je kind hoort te luisteren’. Natuurlijk, het is vreselijk handig als je kind zonder boe of bah direct doet wat je zegt. Alleen: hoe meer je je kinderen onder jouw controle hebt, hoe minder zij kunnen oefenen in zelfcontrole. Eigenlijk is het als een spier die je nooit gebruikt, die verschrompelt ook. Maar er is meer: als je dieper nadenkt, is gehoorzaamheid dan eigenlijk wel een karaktertrek die je wil voor je kind? Dat zij opgroeit tot een gehoorzame volwassene? Waarschijnlijk niet, we willen juist pubers die niet klakkeloos met de groep meelopen. En volwassenen die weten wat zij met hun eigen leven willen.

Het ontwikkelen van een vrije wil is een belangrijke ontwikkelingstaak, aldus psychotherapeut en schrijver Robin Grille. Ergens tussen twee en vier jaar leren kinderen dat zij een eigen persoon zijn en oefenen zij met het balanceren van eigen behoeften met die van een ander. Een kind leert omgaan met verschillen tussen mensen, met behoud van de relatie. Je bent nog steeds geliefd ook zonder je helemaal aan te passen aan je partner, je bent een goed persoon ook als je nee zegt tegen dat verzoek van je buurvrouw om die middag op haar hondjes te passen.

Tegenspraak ondermijnt je gezag

Dit idee komt voort uit de aanname dat je als volwassene de baas moet zijn. Maar als je dat nu eens loslaat en luistert naar de argumenten die je kind aandraagt? Kinderen zijn gewoon mensen en ze zijn meer geneigd mee te werken als zij zich gehoord en gezien voelen. Waarschijnlijk zal je kind niet minder respect voor je hebben, maar juist méér op het moment dat je luistert naar wat zij te zeggen heeft. Je bent dan iemand die aan haar kant staat, naast elkaar in plaats van tegenover.

Het tegengestelde van een strenge opvoeding is een vrije opvoeding

Tenslotte, de stelling van het debat gaf blijk van het idee dat een strenge opvoeding het tegengestelde is van een vrije opvoeding, met te weinig controle door de ouders. Maar, zoals de filosoof Martin Buber stelt: de tegenpool van dwang is niet vrijheid, maar verbondenheid. Opvoeden draait niet om de juiste dosis controle, maar om een fijne, liefdevolle relatie met je kind.

Darcia Narvaez – Are we violating evolved childcare, and does it matter?
Henk de Vos – Toegepaste sociale wetenschap, coöperative breeding
Gabriëlle Jurriaans en Annemiek Verbeek – De Volkskrant, VONK: Een kind is geen pup
Frans de Waal – Een tijd voor empathie
Robin Grille – Parenting for a Peaceful World
Linda Rikkers – Kiind, Verbindend Gezag, oplossen in contact: interview met Eliane Wiebenga

Parenting for a Peaceful World

A manifesto for policy-makers and a resource for teachers.

Deel je liefde
Linda Rikkers
Linda Rikkers

Begon haar loopbaan als Creatief Therapeut en communicatietrainer. Ontdekte bij BOVA borstvoedingsmagazine haar liefde voor schrijven, is vaste blogger voor Dragen&Voeden en losse schrijver voor diverse ouderschapsmedia. Zij is babykenner met bijzondere belangstelling voor de link tussen hechting, hersenen en immuunsysteem. Start binnenkort met workshops en lezingen via Lindar, Creatief Ouderschap. Leerde misschien nog wel meer van haar drie kinderen dan zij van haar.

Artikelen: 21

7 reacties

  1. Wat me ook stoorde in het programma (naast de onderwijskundige die werkelijk leek te denken dat de Vrije School ook een vrije school is), was de aanname dat al die zogenaamd losgeslagen jeugd in onze maatschappij het product zijn van een vrije opvoeding. Ik denk dat het tegendeel waar is. Er wordt ongelooflijk veel gestraft in onze maatschappij (met strafstoeltjes, strafmatjes, op de trap, in de hoek en soms zelfs lijfelijk), zoals ook een recent artikel in de Telegraaf en vooral de reacties daarop ook aantoonden. Ik denk echt dat als je bij die losgeslagen jeugd gaat kijken hoe die thuis behandeld zijn en worden, dat ze flink wat gestraft zijn. Onheus bejegend zijn. Precies het tegendeel van wat men lijkt te denken.

    • Het tv-programma is boven alles een tv-programma. Dat is hier natuurlijk wel duidelijk geworden. Er zijn voor- en tegenstanders van een stelling, maar die beide kampen hebben het over iets anders. Ik was benaderd om mee te doen in het programma en mijn insteek was het stoppen met het elkaar de les lezen als ouders en zoeken naar verbinding. Stoppen met labelen en oordelen en kijken hoe we elkaar de hand kunnen reiken. Zodat we een gemeenschap creëren waarin je als ouder gewoon je vragen aan elkaar kunt stellen. Juist als je het even niet weet. Juist als je kind op de grond in de supermarkt ligt te huilen. Maar die insteek paste uiteindelijk niet het in concept van het programma, dat op het laaste moment van voorbereiden ook nog over het onderwijs moest gaan. Maar hoe vaker we dit verhaal vertellen – complimenten voor dit uitstekende stuk – hoe gewoner het wordt. Want dit verhaal zal bij de meeste ouders wel iets raken. Hoe hard je pantser van ‘hij moet gewoon naar me luisteren’ ook is. Verbondenheid tussen ouders en kinderen, maar ook tussen ouders. Dat is wat we nodig hebben.

  2. Wat goed om dit te lezen! Ik ben een oma ( die ook oppast) het is fijn om te merken dat ik intuïtief mijn eigen kinderen zo heb opgevoed dat ze van zichzelf hebben leren houden en daardoor ook veel respect voor hun medemens hebben.

    • Tuurlijk moet dat soms mogen en wat deze mevrouw zegt klopt helemaal. Wij hadden vroeger op de basisschool een homostel als ouders. Mijn moeder vond hun altijd zo schattig omdat zij zo respectvol met hun kind omgingen…

  3. wat mij altijd opvalt in deze discussies is de discrepantie van begrippen die gehanteerd worden. Een kind wat het grootste deel van de dag zichzelf mag vermaken op een leeftijd van vier is niet vrij, maar wordt ontzien in haar of zijn behoeften. Een ouder die het kind laat bepalen wat wel of niet aangekocht wordt is dat een vrij kind, of wat te denken van de egocentrische ouder die vooral zijn of haar eigen belang dient? Het kind als verlengstuk van de eigen angst, mislukking, stress of schuldgevoel? ( de laatste wordt vrij gelaten maar ook weer niet). Kortom waar hebben we het over en is het niet eerder de manier waarop we, streng of niet, omgaan met kinderen, onze eigen tekortkomingen niet proberen te compenseren, angst niet de leidraad laten zijn? Want dat is nu maar al te vaak het geval en heeft vele meer ingrijpende gevolgen vooral op latere leeftijd!

  4. Ik schreef onlangs het boek “SANCTIE IS HEILIG – zin en onzin van straf in opvoeding en onderwijs”. Hierbij analyseer ik op het kruispunt van evolutietheorie, geschiedenis, (ortho)pedagogie, psychologie en filosofie het principe van staf. Hierbij wordt duidelijk dat straf – in de eenduidige zin van het woord – geen goede manier is om kinderen op te voeden en te onderwijzen. In een tweede deel van dit boek, biedt ik een alternatief.

  5. Ik denk dat straf erg stom is als deze bij de opvoeding van kinderen toegepast wordt. Ze leren namelijk helemaal niks ervan. Straf maakt ze alleen heel verdrietig en verwaard, boos en onverschillig. Juist wanneer kinderen stout zijn hebben ze ons volwassenen het hardst nodig. Wat meestal dan gebeurd is dat ouders het snel willen oplossen door de ongewenste gedrag te straffen maar als ze iets meer tijd insteken om met kind te praten en aansturen zullen ze later minder vaak ongewenste gedragingen meemaken. Dat vind ik nee ben van overtuigd uit eigen ervaring met 2 hele drukke kinderen die alsmaar stoute dingen deden en ik vanuit wanhoop opvoed hulp had gevraagd die bij mij thuis met als enige oplossing de straf stoel aanbad en naar de gang sturen. Nou dat hielp voor geen meter en nog erger maakte mijn kinderen nog opstandiger en zelfs ongelukkig en ik wist intuïtief dat dat de stomste is wat ik ooit heb gedaan en heeft mij ook verdriet gedaan.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Ga naar de inhoud